De kooiplas
De meest voorkomende gegraven vorm van de kooiplas wordt genoemd naar het ei-kapsel van een rog: het ‘roggenei-model’. De overeenkomst met het roggenei is duidelijk: op de hoekpunten van de ca. 0,75 ha grote rechthoekige plas mondt een viertal gebogen slootjes uit, de zogenoemde vangpijpen. Deze zijn van boven voorzien van een net en zijn net als de kooiplas afgeschermd door rietschermen.
De eenden op de kooiplas kunnen daardoor niet zien wat daarbuiten gebeurt. De kooiker kan daardoor actief zijn zonder de eenden te verstoren met zijn aanwezigheid.
De gehele eendenkooi is gemiddeld ca. 2 ha groot. Er zijn ook kooiplassen met een andere vorm dan het roggenei-model. In de meeste gevallen betreft het dan een natuurlijk ontstane plas waarop een eendenkooi is aangelegd. Enkele kooien hebben meerdere kooiplassen die dan vaak met elkaar in verbinding staan.